Reactie KVGN op Nationale Energieverkenning
Grote uitdagingen in verschiet achter positieve nationale voortgangscijfers. De Nationale Energieverkenning 2016 (NEV) stelt dat het doel uit het Energieakkoord van 16% hernieuwbare energie in 2023 binnen bereik is en dat het Energieakkoord heeft bijgedragen aan de versnelling van de energietransitie. Het is goed om dat te markeren. Tegelijk is duidelijk dat de uitdaging om de voor lange termijn beoogde emissiereductie daadwerkelijk te realiseren nog immens is.
Potentieel voor duurzame energie verbreden voor warmtevoorziening
De NEV laat zien dat na 2023 de groei van hernieuwbare energie afneemt. Dit vraagt vanzelfsprekend om verdere inzet op zon, wind en het voortvarend tot ontwikkeling brengen van duurzame warmte. KVGN ziet daarnaast ook een onderbelicht maar fors potentieel aan hernieuwbaar (‘groen’) gas. Dit gas, onder andere efficiënt geproduceerd uit biomassa, kan binnen het bestaande systeem uitkomst bieden voor de verduurzaming in belangrijke, maar complexe sectoren. Het heeft daarbij met name toegevoegde waarde in de verduurzaming van de procesindustrie en het afdekken van de piekvraag in de warmtevoorziening. Met warmte voor wonen en werken is op dit moment maar liefst een kwart van de Nederlandse energievraag gemoeid. Het aanbod van groen gas is op dit moment nog maar een fractie van wat het potentieel kan zijn. Desondanks heeft het nu al een omvang van 75% van alle zonne-energie in Nederland. De gassector zal zich in de komende jaren actief inzetten voor de ontwikkeling van dit belangrijke verduurzamingspotentieel.
Warmte- en energiebestemmingsplannen
Om tot een optimale, maatschappelijk verantwoorde CO2-reductie in wijken te komen bepleit KVGN een gebiedsgerichte aanpak. Een optimale warmtevoorziening zal in de toekomst immers verschillen per situatie en per gebied. De mogelijkheden voor benutting van restwarmte en geothermie zijn bijvoorbeeld locatiegebonden.
KVGN bepleit daarom de invoering van een ‘afwegingskader voor de gebouwde omgeving’. Hiermee kunnen bij het doorvoeren van duurzame energieoplossingen op lokaal niveau ook de effecten op de lange(re) termijn op regionaal en landelijk niveau meegewogen worden. Een lokaal optimale oplossing kan bijvoorbeeld best een negatief effect hebben op de kosten van de landelijke energienetwerken. Op basis van een overkoepelend afwegingskader zou je kunnen komen tot regionale warmte- en energiebestemmingsplannen. De beoogde verbetering in de kwaliteit van energiekeuzes mag wat de gassector betreft niet vertragend werken, en moet hand in hand blijven gaan met een versnelling van het transitieproces. De sector wil zich daar actief voor inzetten.
‘Maatwerk is de nieuwe missie voor gas – aansluitplicht gas niet vanzelfsprekend meer’
Han Fennema, voorzitter KVGN: “Het maakt bovendien een groot verschil of je met bestaande bouw te maken hebt of met nieuwbouw. In nieuwbouwwijken kan verduurzaming al vanaf de ontwerpfase worden meegenomen. Daar zal aardgas vaak niet of nauwelijks meer nodig zijn. KVGN vindt daarom een aansluitverplichting op gas voor nieuwe wijken geen vanzelfsprekendheid meer. Met gas moeten we ons juist concentreren op segmenten waar geschikte duurzame alternatieve oplossingen niet meteen voorhanden zijn, zoals in de bestaande bouw, en ook in delen van de industrie. Maatwerk in goed afgewogen samenspel met andere energievormen – dat is de nieuwe missie voor gas.“
Nul op de meter
De visie van KVGN is dat in bestaande woningtypen, die ook in 2050 nog het overgrote deel van de woningvoorraad vormen, hybride warmtepompen een cruciale bijdrage kunnen leveren aan een duurzame warmtevoorziening. Deze maken het mogelijk in bestaande bouw het gebruik van gas zo sterk terug te dringen dat het nog benodigde volume aan gas van duurzame, hernieuwbare oorsprong kan zijn. Hierdoor wordt een volledig CO2-neutrale warmtevoorziening mogelijk voor die woningen waar all-electric oplossingen of warmtenetten economisch (nog) niet haalbaar zijn. Zowel de energiemeter als de CO2-uitstoot kan daarmee netto op nul uitkomen als de woning daarbij ook volledig voorzien wordt van groene stroom. De gassector heeft de ambitie om nog voor het midden van volgend decennium de hybride warmtepomp het algemeen gangbare alternatief voor HR-ketels in de bestaande bouw te laten zijn, zodat we veel efficiënter met energie kunnen omgaan zonder in te leveren op het comfort van energiegebruikers.