Slimme inzet van groen gas blijkt het goedkoopst


In een nieuwe verkennende studie, uitgevoerd in opdracht van netbeheerder Enexis in samenwerking met Netbeheer Nederland, Groen Gas Nederland en de New Energy Coalition, concludeert het onderzoeksbureau CE Delft dat de inzet van groen gas de kosten van de energietransitie substantieel omlaag kan brengen. In oude binnensteden, stellen de onderzoekers Martha Deen, Lucas van Capellen en Daan Juijn vast, is het gebruik het meest kosteneffectief, doordat juist daar de additionele ketenkosten (fors) lager zijn dan voor andere duurzame oplossingen zoals warmtenetten en elektrische warmtepompen.

Groen gas helpt

Groen gas is een van de duurzame energieoplossingen die Nederland van het aardgas af kunnen helpen. Theoretisch zouden we al het aardgas door dit alternatief kunnen vervangen, maar daarvoor is het geproduceerde volume helaas veel te laag. Nederland is in Europa koploper waar het gaat om aardgasverbruik: 44% van het totale volume verbruikte brandstoffen, oftewel 40 miljard kubieke meter per jaar. Voor groen gas was het cijfer vorig jaar 196 miljoen kubieke meter.

Het doel is in 2030 twee miljard kubieke meter groen gas te produceren, nog altijd fors minder dan de aardgasvraag, die volgens het Internationaal Energie Agentschap in de Europese Unie tot dat jaar redelijk stabiel zal blijven. Andere duurzame energiedragers, zoals groene waterstof, zullen dat gat in de energievoorziening uiteindelijk moeten opvullen.

Vermeden kosten en tonnen

Toch, ondanks het relatief bescheiden volume, blijkt groen gas nu al bij specifieke toepassingen en op bepaalde locaties een effectieve financieel en maatschappelijk aantrekkelijke oplossing te zijn in de overgang naar een klimaatneutrale energievoorziening. Zoals bekend zijn oude binnensteden qua energiegebruik uitermate inefficiënt wegens de slechte isolatie van woningen en gebouwen. Renovatie hiervan is bijzonder kostbaar en voor de meesten financieel niet op te brengen. Met de inzet van groen gas, in een bestaande HR-ketel of nieuwe hybride warmtepomp, kunnen deze kosten, zo blijkt uit de studie van CE Delft, worden vermeden.

De studie handelt over de maatschappelijke waarde van groen gas in een toekomstig duurzaam energiesysteem. Naast de financieel-economische aspecten, dat wil zeggen de extra productie-, transport en verbruikskosten per vermeden ton CO2-uitstoot, richtten de onderzoekers zich ook op het maatschappelijk draagvlak, de uitvoerbaarheid en politieke haalbaarheid. Daarvoor werkten zij drie casussen uit: verwarming in een industrieel proces, verwarming van een woning in een oude binnenstad en aandrijving van een groot zeecontainerschip. Voor elke casus werd een vergelijking gemaakt tussen een fossiele toepassing, in dit geval aardgas, minstens één toepassing met groen gas: een industriële boiler (procesindustrie), een hr-ketel, een hybride warmtepomp en een warmtenet met groengasbijstook (oude binnenstad) en tenslotte een scheepsmotor op bio-LNG (mobiliteit).

Zeescheepvaart niet, industrie en oude binnensteden wel

In de laatste casus, de zeescheepvaart, is groen gas niet het goedkoopste duurzame alternatief. Biodiesel en biomethanol zijn goedkoper. In de andere twee casussen komt groen gas in de huidige omstandigheden wel als meest kosteneffectieve oplossing uit de bus. In de industrie brengt de inzet van groen gas binnen dit segment verhoudingsgewijs de laagste ketenkosten met zich mee. Dit zou op den duur kunnen veranderen, doordat de elektriciteitsvoorziening steeds duurzamer zal worden, waardoor de kosten van een elektrische boiler per vermeden ton CO2 onder die van een groengasboiler kunnen dalen. In de gebouwde omgeving is het waardeverschil tussen gebruik van groen gas en andere duurzame alternatieven het grootst. In de onderlinge vergelijking van de verschillende toepassingen in dit segment komt de hybride warmtepomp er het beste vanaf. Doordat het warmtepompdeel het grootste deel van het jaar voldoende warmte kan leveren, daalt de jaarlijkse vraag naar gas sterk. Dat betekent dat bij vervanging van een hr-ketel door een hybride warmtepomp met dezelfde hoeveelheid groen gas verschillende huizen kunnen worden verwarmd.

Maatschappelijke consequenties

Minstens zo belangrijk als het financiële aspect zijn de maatschappelijke consequenties van de energietransitie. Gebrek aan draagvlak kan een belangrijk obstakel zijn, zeker als de kosten van maatregelen ongelijk worden verdeeld over verschillende groepen burgers. Dit speelt niet zozeer in de industrie en de zeescheepvaart, waar de kosten doorslaggevend zijn, maar vooral in de gebouwde omgeving, omdat de verduurzaming van de energievoorziening daar direct ingrijpt op de persoonlijke levenssfeer van burgers. Dat betekent dat de kosten niet te hoog mogen zijn en de klimaatwinst duidelijk. De onderzoekers wijzen verder op het belang van keuzevrijheid en het voorkómen van ‘gedoe’ voor de betrokkenen.

Vraag en aanbod

De in totaal benodigde hoeveelheid groen gas is nu al hoger dan de nagestreefde twee miljard kubieke meter groengasproductie in 2030, zelfs per onderzochte casus. De oplossing hiervoor, stellen de onderzoekers, is de vraag naar primaire energie voor verwarming te verminderen, vooral door middel van isolatie, en hybride warmtepompen in te zetten in de oude binnensteden.

Bron: Enexis en CE Delft. Het onderzoeksrapport en een bijbehorend factsheet zijn te downloaden via

https://ce.nl/publicaties/maatschappelijke-waarde-groengas-casussen-voor-mobiliteit-industrie-en-gebouwde-omgeving/


Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *